vrijdag 9 januari 2009

Hells Bells

Buenas Dias vanuit het zesde land op onze trip!

Op tweede kerstdag verlieten we Nicaragua en maakten we een tussenstop in Danli. Een stadje om snel te vergeten: niets te zien, en slapen deden we in een schimmelkamer!
Van hieruit ging het verder noordwaarts naar Valle de Angeles. Een koloniaal mijnstadje, dat gekend staat om z'n vele artesania. In het centrum van dit stadje bevinden zich het park, de kathedraal en de souvenirshops die in het weekend overspoeld worden door gegoede Hondurezen. Eigenlijk leek heel Valle de Angeles voor de rijkere klasse. Naast de hotelprijzen lag ook de toegangsprijs voor het nationaal park 'La Tigra' aan de hoge kant waardoor we het lieten voor wat het was. Dan maar verder tot in Comayagua, alweer een koloniale stad (die Spanjaarden toch) dat nog een tijdje de hoofdstad van Honduras is geweest vanwege de nabijheid van de zilvermijnen. Uit die tijd stamt de klok van de kathedraal, die gemaakt werd door de Moren voor het Alhambra in Granada (Spanje), en uiteindelijk weggeschonken werd aan Comayagua. De wijzerplaat kreeg inmiddels een plaatsje in het archeologisch museum, terwijl het mechanisme nog steeds dienstdoet in de klokkentoren van de kathedraal. In deze klokkentoren mochten we een kijkje nemen terwijl de klokkenluider aan het werk was. Met behulp van drie touwen, twee handen en een been luidde deze enthousiaste tiener vier klokken wat een hels maar mooi lawaai opleverde. Verder genoten we nog van Casa de la Cultura en de vele aangelegde pleintjes waar het heerlijk kuieren was. Vervolgens legden we in enkele dagen het traject Comayagua-Marcala-La Esperanza-Gracias af: de Lencaroute, genoemd naar de oorspronkelijke bevolking van Honduras die hier nog het sterkst vertegenwoordigd is. Vanuit Marcala maakten we een daguitstap naar La Estanzuela en z'n nabijgelegen 'Cueva del Gigante' (=reuzengrot). Onderweg naar Gracias werden we flink dooreengeschud, maar de prachtige landschappen langs de onverharde weg maakten veel goed. Op onze eerste avond in Gracias, oudejaarsavond, aten we meteen in het duurste restaurant. Niet zozeer omdat we de bloemetjes deftig wilden buitenzetten, maar wel omdat het het enige geopende restaurant was. Het eten was echt lekker, doch even later voelde Veerle zich een beetje ziekjes. In afwachting van beterschap dronk Steven alvast een eerste rummetje. En een tweede, een derde, een vierde,... de fles!
Gelukkig was Veerle tegen middernacht terug op de been, en zo konden we toch nog samen genieten van het vele vuurwerk dat werd afgeschoten. Hierbij werd niet echt aan veiligheid gedacht: hele plastiek zakken vol vuurwerk werden op het vuur gezet en kinderen staken pijlen af die ze in hun handen vasthielden! Gelukkig zagen we geen accidenten, maar werd het jaar knallend ingezet!!
Op nieuwjaarsdag was nog steeds alles gesloten en werd 1 januari 2009 een luilekkerdag. We brachten enkel een bezoekje aan het San Cristobalfort. En ook vandaag hoorden we nog veel vuurwerk knallen. Gracias hadden we intussen wel gezien dus maakten we de volgende dagen van hieruit enkele uitstappen. Eerst bezochten we Balnearios Aguas Termales (= warmwaterbronnen). Voor eenmaal had het wel eens wat kouder mogen zijn, want dan hadden we nog meer genoten van het warme water. De dag daarop maakten we een fikse wandeling door het nationaal park 'Montana de Celaque: een mooie boswandeling, jammer genoeg was het uitzichtpunt aan de waterval een kleine teleurstelling.
Het was intussen twee maanden geleden dat we in Tikal waren, dus wilden we nog wel eens een Mayaruine bezoeken. Net buiten het centrum van het pittoreske stadje Copan liggen de ruines die in de eerste plaats beroemd zijn voor hun stelae, iets wat we best kunnen omschrijven als een soort totempaal. Deze staan op het eerste zicht kriskras door elkaar, maar aan de hand van hun schaduwpatronen zouden de maya's o.a. hebben kunnen zien wanneer het winter- en zomerzonnewende was. Verder waren we nog onder de indruk van de hierogliefentrap met z'n 63 gebeeldhouwde treden. In het stadje zelf bezochten we nog 'El Cuartel', een voormalige gevangenis met uitzicht over Copan, waar het interactieve mayamuseum Casa K'Inich in is ondergebracht.
Vanuit Copan zakten we terug een beetje naar beneden en kwamen we terecht in brouwerij D&D, gelegen aan de rand van het Yojoameer. We genoten van de bieren die er gebrouwen worden in een koelcontainer en van de vele vogels die in de omgeving van het meer hun habitat hebben. Gewapend met een verrekijker en ons fototoestel spendeerden we een ganse namiddag aan de oevers van het meer. We hebben maar een fractie van de 400 vogelsoorten die hier rondfladderen gespot, maar we vonden het toch een leuke bezigheid.
Vandaag reizen we verder tot aan de Caraibische kust, maar daarover lezen jullie meer als we weer boven water zijn.
Vele groeten,

Veerle en Steven

Geen opmerkingen: